Nokia 9210 Communicator - GSM-datacommunicatie

background image

GSM-datacommunicatie

De Nokia 9210 Communicator gebruikt de mogelijkheden voor dataoverdracht van
het GSM-netwerk voor het verzenden van faxen, SMS-berichten en e-
mailberichten en het maken van een verbinding met externe computers.

Vanaf de meeste locaties waar de mobiele telefoon werkt, kunnen draadloze
dataverbindingen tot stand worden gebracht. Het wordt echter aanbevolen de
communicator te verplaatsen naar een locatie waar het signaal het sterkst is.
Wanneer het signaal sterk is, is de dataoverdracht het meest efficiënt. Over het
algemeen kunt u niet dezelfde prestaties verwachten van mobiele
datacommunicatie als van vaste lijnen. Dit heeft te maken met eigenschappen die
inherent zijn aan de draadloze omgeving. De volgende factoren kunnen mobiele
verbindingen nadelig beïnvloeden:

Geruis

Radiostoring door elektrische apparaten en door andere telefoons heeft invloed op
de kwaliteit van de draadloze datacommunicatie.

Celoverdracht

Wanneer de gebruiker zich verplaatst van de ene netwerkcel naar de andere,
vermindert de signaalsterkte van het kanaal. Het is dan mogelijk dat de
telefooncentrale voor draadloze communicatie de gebruiker naar een andere cel en
frequentie overbrengt, waar het signaal sterker is. Celoverdracht kan ook
voorkomen wanneer de gebruiker zich niet verplaatst. In dat geval wordt de
overdracht veroorzaakt door variaties in de belasting van het mobiele netwerk. Dit
soort overdrachten kan voor korte vertragingen zorgen.

background image

©2001 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.

10

Inleiding

Elektrostatische ontlading

Elektrostatische ontlading van een vinger of een geleider kan resulteren in een
onjuiste werking van elektrische apparaten. Het is mogelijk dat het scherm
onleesbare informatie weergeeft of dat de software onstabiel wordt. Draadloze
verbindingen kunnen onbetrouwbaar worden, gegevens kunnen beschadigd raken
en de transmissie kan worden stopgezet. Als dit gebeurt, moet u een eventueel
telefoongesprek beëindigen, de klep sluiten, de telefoon uitschakelen (als deze is
ingeschakeld) en de batterij verwijderen. Plaats de batterij vervolgens terug en
breng een nieuwe draadloze verbinding tot stand.

Gebieden zonder radio-ontvangst en signaaluitval

Gebieden zonder radio-ontvangst zijn gebieden waar geen radiosignalen kunnen
worden ontvangen. Signaaluitval vindt plaats wanneer de gebruiker van de
telefoon zich in een gebied bevindt waar radiosignalen zijn geblokkeerd of worden
verzwakt door geografische obstructies of bouwwerken.

Signaalverzwakking

Afstand en obstakels kunnen ertoe leiden dat signalen verzwakken. Daarnaast
kunnen hierdoor gereflecteerde signalen ontstaan. In beide situaties vermindert de
sterkte van het signaal.

background image

©2001 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.

11

Inleiding

Lage signaalsterkte

Afstand en obstakels kunnen ervoor zorgen dat de sterkte van het radiosignaal van
een cellocatie niet sterk of stabiel genoeg is voor het tot stand brengen van een
betrouwbare dataverbinding. Voor de best mogelijke communicatie moet u
rekening houden met het volgende:

• De dataverbinding functioneert het best wanneer de communicator niet wordt

verplaatst tijdens de transmissie. Draadloze datacommunicatie is niet
aanbevolen wanneer u zich in een bewegend voertuig bevindt. Bij
faxverzending is er eerder sprake van storingen dan bij de transmissie van
gegevens of SMS-berichten.

• Plaats de communicator niet op een metalen oppervlak.
• Controleer of de signaalsterkte die op het scherm wordt weergegeven

voldoende is. Als u zich in een kamer bevindt, kan het signaal sterker worden
wanneer u de communicator verplaatst, vooral wanneer u deze richting een
raam verplaatst. Als de signalen niet sterk genoeg zijn voor een spraakoproep,
heeft het niet veel zin om te proberen een dataverbinding te maken zolang u
geen een locatie hebt gevonden met een sterker signaal.

Opmerking: Het signaal is sterker als de antenne is uitgeklapt.

background image

©2001 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.

13

Alge

mene gegevens